Participeren moet je leren

Het is niet langer vanzelfsprekend dat dat de overheid de verantwoordelijkheid op zich neemt voor grote delen van de opvoeding van kinderen. Waar jarenlang “verzorgen” het credo was, komt er steeds meer ruimte voor “actieve participatie van ouders (burgers)”.
De Brede School biedt een platform om samen met ouders, broers en zusters en andere buurtgenoten aan de slag te gaan. Doel is om samen op te trekken en optimaal gebruik te maken van alle talenten die burgers hebben. Overheid, welzijn en onderwijs hebben de taak mensen leren het zelf te doen.
Immers ook participeren moet je leren.

Brede school activiteiten door ouders en buurtbewoners

Talenten van ouders
Ouders hebben verschillende talenten zo weten de onderwijzers op de Vrije School. Waarom daar geen gebruik van gemaakt om extra activiteiten in het kader van de brede school vorm te geven. Een bijkomend effect is dan dat dan direct de betrokkenheid van ouders bij de school van hun kind wordt vergroot. Na een oproep aan alle ouders meldden een groep vaders en moeders zich. Na een inventarisatie van talenten werd een activiteitenladder gemaakt waaruit de kinderen konden kiezen. Van gitaar spelen tot koken, van tapijtknopen tot schilderen en weven. De onderwijzers bekwaamde de ouders in het vormgeven van de cursus en in de pedagogische regels die de school gewoon was.

Talenten van schoolgenoten
De kinderen van de Vrije School waren lid van een keur aan sport- en cultuurclubs. Met name de kinderen in de hoogste klassen waren daarin al gevorderd. Tijdens een klassengesprek werd hiervan een inventarisatie gemaakt. Kinderen met dezelfde vaardigheid werden samen aan het werk gezet om een reeks van lessen/trainingen te bedenken. Het kinderaanbod was breed. Er was een toneelgroepje, jazzballet, klassiek ballet, verschillende sporten en wederom een kookgroep en een handenarbeid groep. Hierbij werden ze ondersteund door onderwijzers en door ouders. Tijdens de uitvoering van deze activiteiten waren er steeds ouders die langs de verschillende groepen liepen en waar nodig bijstuurde en meehielpen. Hierdoor ontstonden in de loop van enkele weken verbindingen tussen de kinderen van de bovenbouw en de kinderen van de onderbouw.

Video als communicatiemiddel
Binnen de school maart ook tijdens activiteiten op het buurthuis klonken geluiden van volwassenen dat zij het leuk vonden om van tijd tot tijd iets voor de school te doen. Probleem daarbij was dat ze het moeilijk vonden om dit te vertellen in ook om in te schatten waar behoefte aan was. Het idee toch geen werkelijke bijdrage te kunnen leveren speelde daar in mee.
Studenten en vrijwilligers, vaak uit de eigen cultuur, zijn met deze mensen in gesprek gegaan en hebben korte filmpjes gemaakt. In de filmpjes vertelde mensen wie ze waren en hun bereidheid voor de school iets te doen. De vrijwilligers probeerde het aanbod zo concreet mogelijk te maken en er tevens voor te waken dat het te omvangrijk werd. Dit materiaal werd weer vertoond bij andere buurtbewoners die zich erbij konden aansluiten en natuurlijk ook op de school. Dit werd het begin van een steeds verder uitdijend netwerk van actieve buurtbewoners.

Een methode om buurtbewoners te activeren.
Om ouders en andere buurtbewoners actief te betrekken bij de school en bij elkaar zullen een aantal stappen gemaakt dienen te worden. Het is noodzakelijk om iemand te de taak te geven deze sluimerende kwaliteiten van burgers te activeren. Dit kan heel goed vertrekken vanuit klassengesprekken met de kinderen. Zij hebben vaak een heel goed beeld van de kwaliteiten van hun ouders en grote broers. In de tweede fase is het belangrijk om hetgeen door de kinderen is genoemd als talent bij de ouders te benoemen. Vaak zullen deze het zelf niet zo zeer als een kwaliteit zien. De ouders en andere wijkbewoners zullen verleid moeten worden om hun eigen talent te erkennen en bereid moeten zijn dit te delen.
Hierna volgen natuurlijk nog de nodige stappen om de talenten te ordenen en samen te voegen en mensen mee te nemen in de omgangsregels van de school. Het eindresultaat is dan wel dat deze mensen op een gelijkwaardige wijze deel uitmaken van de school. Dit kan dienen als vertrekpunt om de relatie tussen bewoners onderling en tussen bewoners en de school te versterken.

Wij trainen groepen onderwijzers, oudercommissies en welzijnsteams om deze werkvorm tot een succes te maken.